Parijs zoo Vincennes
Parijs heeft twee zoos, de Ménagerie en de dierentuin van Parijs, zoo Vincennes.
Observaties
Architectuur 2014
Enorm 21e-eeuwse zoo
Na verbouwing 2008-2014 is de zoo helemaal 21e eeuw. Zoals verwacht heeft het nieuwe ontwerp iets van de grote rots geleend. Net als de papegaaiduikershal in zoo Bern is het geïnspireerd op een bergkristal. Architectenbureau Tschumi werkte met een Legodoos gevuld met een aantal geometrische vormen om volières voor vogels en zoogdieren van te componeren. Elk verblijf net even anders maar wel deel van een geheel, ook al lijken ze lukraak geplaatst. Zelfs in de 100 meter lange regenwoudkas staan veelhoekige volières met daarin weer tropische dieren. De vormen zijn gemaakt van zwarte buizen en doorzichtig gaas.
Behalve de regenwoudkas met een eigen design springt de nieuwe grote volière naast de grote rots er qua grootte uit.
Architect: Bernard Tschumi urbanistes Architectes met Véronique Descharrières (entree, volières, regenwoudkas, grote volière achter de de grote rots, houten schotten, giraffenhuis en centrale hub met restaurant)
Etages
De grote rots en het roofdierenhuis staan nog overeind. Geografische indeling en landscape immersion zijn doorgevoerd. Bezoekers en dieren delen de nagemaakte natuur. Net als in zoo Helsinki (ook aangepakt door TN+ en Beckmann n’Thépé uit Parijs) is "te gast bij de dieren" onderdeel van het concept. Het 6-verdiepingengevoel moet komen van toegevoegde loopbruggen, uitkijkpunten en onderwatervensters. Alleen het mooiste en hoogste uitzicht vanaf de grote rots mist (nog).
Camouflage en framing
Het spel van camoufleren en focus aanbrengen is overal. De lange horizontale lijnen in de buurt van de giraffen zijn cool. Houten enveloppen in architectenjargon of tweede, derde huid. Ze filteren werkgebouwen uit zicht of vermommen tekenen van opsluiting op klassieke wijze. De bavianenrots is een lastiger verhaal. De omringende wal is te hoog om overheen te kijken maar door de ruiten, enkele frames in de wal, zie je ook niets op een drukke dag. Iets dergelijks geldt voor het restaurant. Rijen, rijen, rijen. De panoramavensters bij de zeeleeuwen liggen in de diepte van een veelkantige tribune. Voor het glas raak je betoverd door waterbubbels, zon en langsflitsende dieren.
Apart en origineel in de dierentuin is de beplanting van Atelier Jacqueline Osty et Associés. Eerst denk je, dit lijkt wel een tropische boom maar dan blijkt het een Europese look-alike te zijn. Zo is voor elke biozone passende vegetatie uitgewerkt, in groepen geplant of domweg heel goed uitgekozen.
Architectuur, masterplan 2005
6-verdiepingenzoo
In 2005 zorgt het natuurhistorisch museum in zijn rol van beheerder voor een nieuw masterplan voor de Parijse zoo en eind van het jaar rolt het ontwerp van landschapsarchitecten TN+ uit de bus.
In het ontwerp blijven de historische rotsen deel uitmaken van het landschap. Oude en nieuwe neprotsen camoufleren gebouwen zoals Hagenbeck zou doen. Verblijven verzinken in de omgeving. Bezoekers landen bij binnenkomst via een kloof in een andere wereld. Klaar om op verschillende niveaus zes leefgebieden ontdekken. Ecologische kiosken tussen de leefgebieden. Samen met overdekte ruimten moeten zij het bezoekers ook bij regen naar de zin maken. The shower must go on.
Le zoo à étages zeggen de Fransen. Een verdiepingenzoo waar dieren van boven, onder water of op ooghoogte in de stijl van hun wilde habitat en vegetatie te zien zijn:
- Europese bergen
- Afrikaans regenwoud
- Afrikaanse savanne
- tropisch woud van Madagascar
- Zuidamerikaans moerasland
- en het ruige Patagonië.
Architect: TN+ en Beckmann n’Thépé
Architectuur 1934
Charles Letrosne
Architect Letrosne is onder de indruk van de Hamburgse dierentuin van dierenhandelaar Carl Hagenbeck. Op 14,5 hectare van Bois de Vincennes wil hij "met beton een theaterpodium maken, een gestileerd landschap, wild en spectaculair, maar overduidelijk kunstmatig".
Gescheiden door greppels en waterpartijen en veel camouflagerotsen lijken de wilde dieren in de Afrikaanse natuur te staan althans in de ogen van het publiek dat begin 20e eeuw weinig beeld heeft bij een Afrikaans landschap. Binnen de gedroomde natuur is le grand rocher, de iconische grote rots met een hoogte van 67 meter het focaal punt.
In de zoo van 1934 zijn de dieren per soort gehuisvest en maken beelden de natuurbeleving dramatischer.
Le grand rocher, neprots of waterkasteel?
De niet-te-missen grote rots is een buitengewoon staaltje van bouwtechniek. Gewaagd om in 1932 een geraamte van gewapend beton neer te zetten, zodat diagonale steunbalken overbodig zijn en je geen last krijgt van uitzettende materialen. Even gedurfd bespant architect Letrosne het bouwwerk met een huid van 5 cm dik beton. Kneden en schilderen en ineens is het een geboetseerde berg.
Aangezien het water van de stad Parijs toentertijd niet drinkbaar was voor dieren, slaat de dierentuin een eigen put. De grote rots verbergt twee waterreservoirs van 1300 en 800 m3.
Geschiedenis
In 1934 opent de Parijse zoo in het voetspoor van een zeer populair tijdelijk dierentuintje dat in 1931 bij de Internationale Koloniale Wereldtentoonstelling hoort.
In 1982 sluit de grote rots om na een opknapbeurt (1994-1997) weer open te gaan. Enkele jaren later volgt weer sluiting en in 2003 heropening. De meeste grote zoogdieren en roofdieren zijn dan in andere dierentuinen ondergebracht.
Zo'n 70 jaar na oprichting zijn delen van de dierentuin dicht vanwege gevaar voor bezoekers. Het Hagenbecktheater brokkelt af en de bezoekersaantallen kelderen mee van 1,5 miljoen per jaar in de jaren 70, naar 600.000 in 2004.
In 2008 volgt volledige sluiting. Het masterplan 2005 moet uitkomst bieden. Kostenramingen: ≈€135 mio. Eind 2008 moest het af zijn. Op 12 april 2014 heropent de dierentuin na een grootscheepse herstructuring à raison van €167 mio waarbij gekozen is voor publiek-private samenwerking. Het liep wat uit.
Bezoeken tot en met 2008
Wie voor de 352 traptreden van de grote rots ging - de lift deed het periodiek niet - had vanaf de panoramaterrassen uniek zicht op Bois de Vincennes, Montmartre en de Eiffeltoren. Tijdens de klim blikken geworpen op de mouflons à manchettes (manenschapen) die de rots bewoonden en op de met vernuftig discreet traliewerk opgetuigde gierenvolière.
Bezoek november 2018
De ingang van architect Tschumi is al origineel. Ongemerkt stap je een volière in. Tassencontrole ook. Volgens het masterplan word je via een kloof het pad op getrechterd maar wij willen tegen de klok in zodat bordjes niets kunnen verklappen. Starten ongeveer bij de uitgang van de grote regenwoudkas van Tschumi. Het pad is solide, goede afwatering en met leuke zigzag. Alles is in het veelkantig patroon doorgedesignd. Zien het zelfs op de koffiebekertjes terug. De stukjes waaruit de nieuwe volières zijn samengesteld doen denken aan een Tangrampuzzel en de puntige bovenkanten natuurlijk aan bergtoppen. Hier en daar hebben ze een regenklep boven het raam om bezoekers droog te houden. Mooie balans in het totaalplaatje: veel nieuw met iconisch oud. De oude gierenvolière markeert nog altijd een hoek van de dierentuin. Alle verblijven zijn nu van beter beton. De grote rots heeft beneden een vivarium gekregen. Ziet er provisorisch uit, nog wat erger gemaakt door de Halloweenversiering. Aan dit vivarium heeft de Ménagerie absoluut geen concurrent. Van het in de grote rots geplande panoramarestaurant en de film- en vergaderruimten is (nog) niets te zien. Het nieuwe pad sluit niet meer aan op de buitentrap van de rots waar de klim begon. Bij de vicuña's in Patagonië figureren sparren als cactussen. Dag kan niet meer stuk.
Plattegronden dierentuin Parijs
Cijfers
- 1934
- Diersoorten: 190
- Dieren: >1000
- 14,5 ha
- 384.00 in 2021 en 1,5 miljoen in de jaren 70
- Architect betrokken